Tijd is geld.
Maar taal is macht.

Wie de taal van het debat bepaalt, heeft de eerste set van de match al gewonnen. 

Dat heet framing: je woorden zo kiezen, dat ze het debat als vanzelf in jouw voordeel sturen. Zo kun je je tegenstander met één woord op twee-nul achterstand zetten: plofkip, klimaatdrammer, villasubsidie, elektrosmog.

Zo gaat dat. To frame or to be framed.

 

En wat, als ik onwenselijk geframed wórd?

Dan wil je zo snel mogelijk uit dat frame stappen. Een natuurlijke reflex is, om het frame te ontkennen. Maar dat werkt averechts:

 

 

Welk woord blijft hangen?

Precies. Dat komt, omdat je niet níet aan een roze olifant kunt denken:

Nee hoor, wij subsidiëren geen villa’s.

Hoezo?! Ik heb helemaal geen kort lontje!

 

Dus: blijf van die vlek af, je maakt hem alleen maar groter.

 

En wat moet ik dan wel doen?

Om te beginnen: geef antwoord in je eigen woorden.

Neem nooit de formulering van de vragensteller over. Want die biedt jou mogelijk een broodje gif aan. Omdat de woorden van de vragensteller zo tot de verbeelding spreken, is het bijna onmogelijk ze niet in de mond te nemen. Duw maar eens zo’n pistolet gezond met knapperige sla en komkommer opzij –

 

En als ik gewoon een onschuldig pistoletje zie?

Precies, het gif is vaak verborgen. Train jezelf in het herkennen van frames. Als je erop let, vliegen ze je om de oren. We framen namelijk ook vaak onbedoeld. Dat komt, het is heel moeilijk om volstrekt neutraal te formuleren. Voor je het weet, geef je een waardebepaling aan je boodschap mee. Bijvoorbeeld:

 

We houden wel wat lasagna over voor de laatkomers.

Hoe gaat u een einde maken aan de regelzucht?

Het lijken hier wel Amerikaanse toestanden.

 

Oké, ik voel nattigheid. Wat doe ik dan?

Framing-expert Hans de Bruijn beschrijft een methode die hij het 3P-model noemt. Hij zegt, dat een debat vanuit drie perspectieven gevoerd kan worden:

  • het persoonlijke perspectief: over je drijfveren;

  • het principiële perspectief: over de onderliggende waarden van je voorstel en

  • het beleidsperspectief: policy in het Engels, de derde p. Het beleidsvoorstel zelf, het hoe en waarom van een concreet plan en de cijfermatige onderbouwing.

 

 

Zijn advies is: als je onwenselijk wordt geframed, bedenk dan binnen welk perspectief de ander dat doet en schakel in je antwoord over op één van de andere twee perspectieven.

 

Een voorbeeld: Minister Ank Bijleveld van Defensie vervangt in januari 2019 de minister van Ontwikkelingssamenwerking bij het vragenuur in de Tweede Kamer. Één van de Kamerleden stelt een vraag over de zorgwekkende omstandigheden in Syrische vluchtelingenkampen door extreem winters weer. Het Kamerlid voert het debat vanuit het principiële perspectief: hoe kunnen wij deze mensen aan hun lot overlaten?? Zij verdienen bescherming, maar er gebeurt niets!

Ze framet de minister als gevoelloos.

 

Wat moet de minister doen?

Ontkennen zou alles erger maken, vooral omdat er tot nu toe geen concrete hulp de kampen heeft bereikt: wij laten de mensen niet aan hun lot over.

Oh nee?

Het persoonlijke perspectief dan: ik vind het ook hartverscheurend om de berichten te lezen.

Dat zou koren op de molen zijn van de principiële oproep van het Kamerlid: waarom dóét u dan niets?

 

De minister heeft maar één optie

Ze reageert vanuit het beleidsperspectief. Ze legt uit wat ze doet: dat zij en haar collega’s contact hebben met hulporganisaties, dat er ondersteuning is aangeboden, maar dat het ook voor de hulporganisaties moeilijk is de kampen te bereiken door de barre omstandigheden.

Het is de enige optie om uit het frame van de vragensteller te stappen. Het nadeel van het beleidsperspectief is de zakelijkheid, terwijl dit een emotioneel beladen onderwerp is. Met het persoonlijke en het principiële perspectief doe je een beroep op het gevoel. Met het beleidsperspectief spreek je de ratio aan. Bij een onderwerp als dit, is emotie troef. Het Kamerlid heeft er succesvol gebruik van gemaakt.

 

Ik vind het knap van de minister

Maar naast mij op de publieke tribune stoot een scholier een welgemeend hûh?? uit. Ze geeft helemaal geen antwoord op de vraag!

Verontwaardiging. Dat gevaar ligt op de loer als je niet letterlijk antwoord geeft, maar je eigen woorden of een ander perspectief kiest. Soms moet een politicus dat op de koop toe nemen. Zo effectief kan een frame zijn. 

 

 Dus, samengevat

 

  1. Train jezelf in het herkennen van broodjes gif.

  2. Ontken niet, dat maakt het alleen maar erger.

  3. Geef antwoord in je eigen woorden.

  4. Wissel van perspectief.

Privacy Preference Center