Laatst.
Na drie nachten slecht slapen.

Aan ’t eind van elke avond zeulde ik een stuk werk mee naar de volgende ochtend. Nadat ik het voor de zekerheid ook maar mee naar bed had genomen, om er nog een keer goed over na te denken. Dat ik het zeker weten niet zou vergeten. En ik ben het zéker weten niet vergeten. Geen minuut.

En toen het op vrijdagmiddag – eindelijk – bijna, op een paar schoonheidsfoutjes na, af was –

Poef!

Het scherm op zwart.

Hij gaf geen enkele reactie meer. Nog net geen ononderbroken toon van een hartbewakingsmonitor. De meneer van de Apple-servicetelefoon kon niets meer voor ‘m doen. ‘Het zal de harde schijf zijn, mevrouw, heeft u een back-up gemaakt?’

Goeie vraag. Verkeerd moment.

Door de regen naar de klantenservice van een bekende elektronicaketen. Mondkap op, half uur in de rij onder tl-buizen. Aan de balie geef ik met m’n laatste adem mijn bevindingen – hij doet echt hélemaal niets meer – en ook de diagnose van de vriendelijke meneer aan de telefoon.

‘Oh, sorry mevrouw,’ zegt de klantenservicemedewerker, ‘als u ergens anders service heeft laten uitvoeren, vervalt de garantie per direct.’

Het was de druppel.
Ik liep over.

Mijn reactie was, zo zou je het kunnen noemen, authentiek. M’n binnenste lag puur en onbehandeld op de balie.

 

Ik was echt helemaal mezelf

Of het werkte? Ik kreeg een schouderophaal. En een meewarige blik.

Toen droop ik af.

 

Wat ik beter had kunnen doen?

 M’n eigen gevoelens had ik nog even onder bedwang moeten houden. Contenance, s’il vous plait!

 En ik had begrip voor háár moeten opbrengen. ‘Natúúrlijk zijn er regels. Anders laat iedereen de puinhopen van schroevende schoonvaders door jullie oplossen.’ Rustig blijven, het gesprek aangaan.

De vrije loop van emoties voor thuis bewaren.

 

Nog zes redenen om niet authentiek te willen zijn

 

  1. Je bent lang van stof

 De spanningsboog is kort, korter, kortst. Je concurreert met Insta en Twitter. Één plaatje of tweehonderdtachtig tekens. Dat zijn zo’n dertig woorden en een hashtag, daar moet je het mee doen. Die boodschap moet je voorbereiden en gecondenseerd in één ademteug opdienen. Anders is de aandacht foetsie.

  1. Je bent slecht in het ter plekke verzinnen van voorbeelden

 Voorbeelden zijn je plaatjes. En plaatjes doen het beter dan lappen tekst. Welke krant heeft meer lezers?

                                
      Ca. 400.000 lezers                                                                                  Ca. 1,1 miljoen lezers

 

En welk tijdschrift wordt het meest gelezen?

En als je je voorbeelden niet zomaar uit je achterzak tovert, bereid ze dan voor. Spontaniteit is overschat.

  1. Je praat van nature snel

Wie doet dat nou niet? En als we nerveus zijn, praten we nóg sneller.
Het effect wordt dan juist minder. Omdat het een brei wordt die niet meer te volgen is.

De tip: Gebruik de helft van het aantal woorden – schrap álles wat overbodig is, rádicaal. En praat twee keer zo  l a n g z a a m. Dat voelt onnatuurlijk, maar het werkt wel. Vertragen is het nieuwe doelmatig.

  1. Je spreekt onduidelijk

 Hoe overtuig je als mensen je niet verstaan?

Ben je van nature een mompelaar? Wees dan vooral niet authentiek. Maar oefen op een duidelijke uitspraak: zet thuis af en toe een kurk tussen je tanden tijdens het praten. Je krijgt er gelijk een Duits accent van trouwens. En je kunt veel van de Duitsers zeggen, bijvoorbeeld dat ze duidelijk articuleren.

  1. Je bent een echte specialist

Kennis is macht. Maar het kan ook in de weg zitten. Hoe meer je weet, hoe moeilijker het is om het simpel uit te leggen. Ben je een echte vakidioot? Vertrouw dan niet op je authenticiteit, maar oefen jezelf in eenvoud. Makkelijk is voor jou het moeilijkst.

  1. De situatie is complex

Ben je van de nuance? Ligt het in je aard om alle mitsen en maren te benoemen? Je twijfelt over de oplossing, want de wereld is niet zwart-wit? Je hebt gelijk! Maar hoe complex de situatie ook is, de overtuigende oplossing is áltijd eenvoudig.  En dat is meestal dat ook de oplossing die werkt.

 

Dus: die hoge pet die we van authenticiteit hebben

 Die zouden we wat vaker af mogen zetten.

Je poetst toch ook twee keer per dag je tanden?

Kamt je haar.
Strijkt je overhemd.
Lippenstiftje hier. Oorbelletje daar.

Alsof moeder natuur je zo geschapen heeft –

 

En wat is nou die authenticiteitsparadox?

Ten eerste, authenticiteit is dus niet per definitie overtuigend. Authenticiteit werkt alleen als het werkt. En vaak genoeg ook niet.

En, ten tweede, het doet er helemaal niet toe of je echt helemaal-puur-natuur-jezelf bent. Wie kan dat al weten? Het is namelijk altijd de ander die bepaalt of hij jou authentiek víndt.

Het gaat erom dat je authentiek overkomt. En niet of je authentiek bént. En is dat niet het tegenovergestelde van authenticiteit?

 

Wat een domper

We hielden zo van authenticiteit.

 

Troost je

 Authenticiteit maakt de wereld niet beter. Authentiek overkomen werkt. Dat is alles.

Een crimineel kan heel authentiek zijn. De grootste manipulators komen het authentiekst over. Zie authenticiteit niet als deugd, dat is bedrieglijk. Authenticiteit is een retorisch middel. De groten der aarde – Oscar-winnaars, wereldleiders, popsterren – lukt het om onder hyper-professionele voorbereiding en zware druk nog steeds een authentieke uitstraling te hebben. Eberhard van der Laan. Oprah Winfrey. Donald Trump. Als ze gewoon maar hadden gedaan, zoals ze uit de wieg zijn gevallen… vergeet het maar!

 

Dus?

Speel je rol subliem. Wees adequaat authentiek. De echte leider is hyper-professioneel, voorbereid en getraind, zonder een zekere eigenheid te verliezen. Zodat ánderen zeggen: zo héérlijk authentiek, hè!

P.S. Hoe het afliep met de gecrashte computer? Bij een tweede, bedaarde poging van mij, bleek de klantenservicemedewerker hartstikke vriendelijk en meewerkend. En ook de garantie was niet vervallen. Ik denk trouwens dat ik bij de tweede keer net zo goed mezelf was als op die regenachtige middag.

Privacy Preference Center